Les 4
Woordjes
A
entauqa daar
megas, megalh, mega groot
deinos, deinh, deinon verschrikkelijk, geducht
polus, pollh, polu veel
foberos, fobera, foberon angstaanjagend
mia één
h kefalh hoofd, kop
alla, all' maar
zhtei zoekt
euriskei vindt, ontdekt, treft aan
makros, makra, makron lang
epeita daarna
ouden niets
B
prwton men.., epeita de eerst...daarna
apokteinei doodt
kalei roept
o filos vriend
C
neos, nea, neon 1. nieuw 2. jong
outw(s) zo, op die manier
allos, allh, allo ander
ekastos, ekasth, ekaston ieder
autika meteen, onmiddelijk
kruptei verbergt
Grammatica
Werkwoorden
Uitgang 3e persoon enkelvoud: -ei
Esti(n) is een uitzondering.
Niet uitgedrukt onderwerp
Soms heeft een zin geen eigen onderwerp. Dan kun je zien aan de persoonsvorm wat het onderwerp (waarschijnlijk) is.
Uitgangen Bijvoegelijk naamwoord
Het bijvoegelijk naamwoord heeft dezelfde naamval en geslacht als het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.
M | V | O | |||
Nom. | -oV | -hV | -h | -a | -on |
Acc. | -on | -hn | -hn | -an |
-on |
De bijvoegelijke naamwoorden megaV (groot) en poluV (veel) hebben de volgende vormen:
M | V | O | |
Nom. | megaV | megalh | mega |
Acc. | megan | megalhn | mega |
M | V | O | |
Nom. | poluV | pollh | polu |
Acc. | polun | pollhn | polu |
Teksten
4A
Herakles gaat naar Lerna.
Daar huist een grote slang.
De slang is een verschrikkelijk beest.
Het verschrikkelijke beest veroorzaakt veel angst.
Want zij verwoest het land.
Het verschrikkelijke beest veroorzaakt veel angst.
Want zij verwoest het land.
De slang is groot en angstaanjagend
Want zij heeft niet één kop, maar negen (koppen).
Herakles zoekt de verschrikkelijke slang.
Tenslotte vindt hij de slang.
Dan schiet Herakles een lange pijl.
Daarna pakt hij de grote slang en houdt haar stevig vast.
Hij slaat één kop eraf, maar bereikt niets.
Want er groeit een nieuwe kop aan.
Zo weet Herakles zich geen raad.
4B
De slang heeft een helper.
De helper is verschrikkelijk.
Want de helper is een grote kreeft.
De grote kreeft pakt Herakles vast.
Hij bijt hem in zijn scheenbeen.
De helper is verschrikkelijk.
Want de helper is een grote kreeft.
De grote kreeft pakt Herakles vast.
Hij bijt hem in zijn scheenbeen.
Wat doet Herakles nu?
Eerst doodt hij de grote kreeft.
Daarna roept hij zelf ook zijn helper.
Zijn helper is Iolaos.
Iolaos is zijn vriend.
4C
Herakles slaat het nieuwe hoofd eraf,
en Iolaos brandt de wond dicht.
Waarom doet Iolaos dit?
Zo kan er geen ander hoofd groeien.
en Iolaos brandt de wond dicht.
Waarom doet Iolaos dit?
Zo kan er geen ander hoofd groeien.
Daarna slaat Herakles ieder hoofd eraf,
en Iolaos brandt ieder hoofd dicht.
Tenslotte is er één hoofd over.
Waarom is er één hoofd over?
Hij is niet sterfelijk (onsterfelijk).
Tenslotte slaat Herakles het overgebleven hoofd eraf
en hij begraaft hem meteen.
Een groot rotsblok verbergt het verschrikkelijke hoofd.
Maak jouw eigen website met JouwWeb